Bloeddruk kan behalve te hoog ook te laag te zijn. Als het hart stopt met pompen, is er ook geen bloeddruk. Als er veel bloed uit het lichaam stroomt door een wond, daalt de bloeddruk. Als het lichaam in shock gaat, daalt de bloeddruk ook. Dit zijn allemaal levensbedreigende situaties.
Lage bloeddruk kan ook het gevolg zijn van bepaalde aandoeningen; ook door uitdroging kan de bloeddruk zakken. Bij een plotselinge daling van de bloeddruk kunnen mensen duizelig worden en zelfs flauwvallen. Ook medicijnen die voorgeschreven zijn tegen hoge bloeddruk, kunnen plotseling een te lage bloeddruk veroorzaken.
Maar er zijn ook mensen die vaak of altijd een lage bloeddruk hebben en daar verder geen last van hebben. Men spreekt bij volwassenen van lage bloeddruk of hypotensie bij een bovendruk lager dan 90 mm Hg en/ of een onderdruk lager dan 60 mm Hg. Als slechts een van de twee te laag is, geldt dat al als een lage bloeddruk.